Zwaartekrachttrillingen en BoeddhaNatuur

Een omineus YouTube filmpje met een soort Zenmuziek bracht mij op het volgende:

https://youtu.be/Ettp6oAjGWM

Boven een gebergte als drakentanden zweeft een opaliserende planeet waaronder zo nu en dan een vuurpijl wordt afgeschoten die met de driestheid van een apporterende hond het luchtruim in schiet. Het zou hier om muziek gaan die vibreert in harmonie met het universum. Even voor de goede orde. Weten we wel zeker dat het universum vibreert. Het schijnt zo te zijn dat nu en dan, in ieder geval niet al te vaak, twee zwarte gaten elkaar op zoeken en uiteindelijk tot een zwart gat versmelten. Dat versmelten gaat met zoveel energie-afgifte gepaard, dat er zwaartekrachttrillingen optreden. Het weefsel van het universum wordt in trilling gebracht en wij kunnen hier op aarde die trillingen waarnemen met allerlei zeer precieze en ingewikkelde apparaten. Een ervan staat ergens in Italië, geloof ik. Zwaartekrachtgolven. Ja, die bestaan dus kennelijk. Eens temeer een bewijs dat het universum één geheel is . Nou ja, natuurlijk helemaal geen bewijs, maar ik stel me dat in ieder geval zo voor. Eén geheel, één entiteit dewelke doordesemt is met een vorm van bewustzijn die ik de Boeddhanatuur noem. Niet dat ik boeddha zo belangrijk vind of dat ik, nog erger, in een een of andere boeddha zou geloven, nee, ik gebruik de naam boeddha omdat het ongeveer weergeeft wat ik op metafysisch gebied geloof. Ik ben er vast van overtuigd dat de werkelijkheid, de hele werkelijkheid dus, bezield is, voorzien van een bewustzijn dus. Ik noem dat alles doordesemende bewustzijn de BoeddhaNatuur. Is dat onzin? Ja, dat kan men zonder dralen baarlijke en onbewezen onzin noemen. Het is onwetenschappelijk en gewoon flauwekul. Maar je moet wat. Daarom dus mijn Kosmische Psyche, mijn eeuwigdurende, sacrale, alom tegenwoordige en alles omvattende Boeddhanatuur. Ondertussen dreunt de harmonie der sferen verder en raak ik gewend aan het alles doordringende geluid. In de toekomst, als alle materie in het universum is opgeslokt door zwarte gaten en nadat alle sterren zijn geïmplodeerd, zullen er waarschijnlijk meer zwarte gaten zijn dan nu. En grotere. Maar door de versnelling van de uitdijing van het heelal zullen de zwaartekrachtgolven de andere zwarte gaten niet meer kunnen bereiken. Tenzij natuurlijk. De zwarte gaten zullen in alle eenzaamheid verdampen door de hawking-straling en het heelal zal uit niets anders meer bestaan dan uit elementaire deeltjes. Protonen, die op hun beurt gaan vervallen (alhoewel er in de werkelijkheid nog nooit een vervallend proton is waargenomen) en zal de relativiteit uit het universum verdwijnen. Dat zal over eonen, over onbevattelijk lange tijd dus, vanaf nu gerekend, het einde van ons universum betekenen. Dus ik zeg, laat het heelal maar lekker vibreren op de tonen van botsende zwarte gaten zodat het BoeddhaBewustzijn nog lang kan verkeren met al dat is. Genoeg gezwamd. Maar een mens moet toch wat! Namasté!!!

Nb. Ik schrijf BoeddhaNatuur met hoofdletters omdat ik er wel sacrale betekenis aan verbind. En zoals ik reeds schreef: “Je moet toch wat!”.

Alles wat ik doe om een leuk kiekje boven mijn verhaal te krijgen mislukt, Waarschijnlijk omdat ik een diep gewortelde afkeer voel van alles wat digitaal is en in het bijzonder van alles wat met sociale media te maken heeft. Er zijn mijns inziens door de mensheid twee grote fouten gemaakt t.w. het initiëren van de industriële revolutie en van de communicatie-revolutie . De geschiedenis zal hierover oordelen.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Uncategorized

Wat is fascisme. Kunnen wij onze samenlevingen proto fascistisch noemen?

Omdat ik wat ouder wordt denk ik wat vaker aan het einde dat uiteindelijk iedereen te wachten staat en ben ik tevens wat meer geneigd om de mij omringende werkelijkheid wat effectiever en aandachtiger te aanschouwen en overdenken. Nog niet zo geleden heb ik een korte studie inzake het fascisme afgesloten en om te voorkomen dat mijn geschrijf in een digitale prullenbak belandt zet ik het op mijn blog Wereld en Verwondering. Reden voor deze korte studie was het gegeven dat het mij steeds meer opvalt op welk een willekeurige en nonchalante wijze men omgaat met het woord FASCISME. Ik schrijf het woord met hoofdletters omdat ik vanwege mijn digitale onkunde niet weet waar ik de aanhalingstekens kan vinden.

Hieronder gelieve u dus mijn samenvatting van genoemde studie aan te treffen, dewelke desalniettemin voor een samenvatting best wel uitgebreid is.

Wat is fascisme?

Een korte inleiding tot en een beknopte geschiedenis van dit politieke fenomeen.

2017

Inleiding.

Allereerst wil ik in kort bestek verduidelijken waarom ik “Het Fascisme” een boeiende, edoch uiterst verwerpelijke, uitwas beschouw binnen het palet van sociaal-economische-politieke ideëen. Sinds de opkomst van het rechts – populisme bemerk ik hoe mensen elkaar steeds vaker menen te moeten uitmaken voor ‘fascist’. ‘Fascist’ is een beladen woord. Zijn negatieve lading kreeg dit woord vooral door wat de nazi’s/fascisten gedurende de Tweede Wereldoorlog teweegbrachten in Europa. Derhalve werd ‘fascist’ een scheldwoord met een zeer duistere lading.

Het is daarom, mijns inziens, verstandig, maar ook vooral interessant om eens na te gaan wat “Fascisme” nu precies betekent. Bijna iedereen is de mening toegedaan dat ‘fascisme’ iets heel erg slechts is. En voilà, daar stuiten we dus meteen al op een levensgroot probleem. Namelijk wat is slecht? En wat is goed? Is er überhaupt wel een mondiale objectieve ethiek die als basis kan dienen voor het denken en doen van de homo sapiens? Is de mens eigenlijk wel in staat om een solide objectief beeld te hebben van goed en kwaad? De meeste mensen die ik ken, denken overigens bijna allemaal dat zij daartoe zeer wel in staat zijn! Maar ik heb zo mijn twijfels.

Er zijn dienaangaande een aantal elkaar overlappende mogelijkheden. 1. De mens importeert een zedenleer uit “een gebied” dat buiten de door ons te kennen werkelijkheid ligt. Deze zedenleer concretiseert vervolgens in de vorm van sacrale ethische dogma’s. De belangrijkste ethische regels worden meestal vastgelegd in een heilig boek. En de nadere uitwerking van deze ethiek geschiedt dan in de praktijk via apocriefe geschriften, grondwet, wetboeken, regels en richtlijnen etc.. 2. Echter, bij ontstentenis van een wetgevende god zal de ongelovige mens zelf een zedenleer moeten bedenken, die dan, mijns inziens niet toevallig, vaak weer heel veel lijkt op de ethische regels der godvruchtigen. Op die wijze verschijnen er gigantische gedachtenconstructen zoals socialisme, liberalisme, communisme, anarchisme, fascisme die de plaats van een dogmatische god gaan innemen. Gedachtenconstructen overigens, die op hun beurt bijna zelf weer tot religies verworden, inclusief de aanklevende ethiek. 3. Een andere mogelijkheid is om via empirie, via de wetenschap te geraken tot een objectieve ethiek. De weg van Darwin dus, de weg van de evolutiebiologie. Wat de ethiek betreft is dit een min of meer doodlopende weg. De evolutie kent namelijk geen ethisch goed of kwaad. De evolutie is een causaal sequeel van gebeurtenissen dat zich ‘at random’ lineair door de tijd ontwikkelt. Er is geen kenbaar ontologisch doel en er is geen ultieme zingeving die de mens kan kennen. Je zou kunnen zeggen. De mens is ( nog ) geen god.

Heel kort samengevat: God, Ietsisme of Wetenschap. Ik concludeer zelf dat er geen absolute ethiek is. Ethiek wisselt afhankelijk van de cultuur waarin men opgroeit en leeft. Er zijn dienaangaande verschillende ‘politieke’ stellingnamen, overtuigingen, mogelijk. Bijvoorbeeld: 1. Ik kies altijd (en indien nodig ten koste van mensen met een andere cultuur en dus met andere normen en waarden) voor de ethiek van mijn eigen cultuur en zie deze als mijn enige echte waarheid inzake goed en kwaad. 2. Maar men kan ook uitgaan van het zgn cultuurrelativisme en beseffen dan jouw cultuur er slechts een is tussen vele andere culturen met ieder zijn eigen authentieke normen en waarden. Hierdoor kunnen jouw eigen culturele normen en waarden iets minder absoluut en dogmatisch worden, waardoor je wellicht iets meer gaat open staan voor de waarden en normen van andere culturen. 3. Een andere mogelijkheid is om uit te gaan van een uiterst individuele, en autonome ethiek. Dus van een ethiek die niet zo zeer gebonden is aan de waarden en normen van anderen, maar daarentegen gebaseerd is op een eigenstandige, intrinsieke, autonome en individuele zedenleer. Ik ben zelf meer van dat laatste. Mijn ethiek cirkelt rond twee cruciale criteria t.w. Liefde ( naastenliefde, empathie) en redelijkheid .

En van het fascisme weet ik in ieder geval dat het niet voldoet aan genoemde criteria. Het fascisme is liefdeloos, meedogenloos en irrationeel. Maar daarover hieronder dus meer.

Geraadpleegde literatuur:

“Wat is Fascisme?” Robin Te Slaa. Uitgeverij Boom. Amsterdam. Robin Te Slaa is historicus en publicist. Hij doet al jarenlang onderzoek naar het Fascisme en de noodlottige aantrekkingskracht die daarvan uitging.

“De Anatomie van het Fascisme”. Robert O. Paxton. Uitgeverij Bert Bakker. 2005. Slecht vertaald door Edzard Kroll. Paxton is een inmiddels 85 jarige politicoloog en historicus. Harvard professor.

“Fascism, The Career of a Concept”. Paul E. Gottfried. Uitgeverij: Northern Illinois University Press. DeKalb 60115. 2016. De geschiedenis van het concept “Fascisme” en het misbruik dat men van dat woord heeft gemaakt. Gottfried is een filosoof, historicus en columnist.

Wikipedia. “Fascisme” Portaal: Politiek. Dit artikel is een deel van de reeks over politiek. Thema: Ideologie. Onderwerp: Fascisme.

“Fascism” Essay van Robert Soucy. Soucy is een Amerikaanse historicus die in het debat m.b.t. De Franse fascistische collaborateurs een controversiële positie inneemt. Hij beschuldigt de top van het Franse bedrijfsleven ervan de grote fascistische bewegingen tijdens en vlak voor de oorlog te hebben gesteund, overigens net zo als dat in Duitsland gebeurde. Zie ook de Wikipedia-pagina over Robert Soucy.

“Ur – Fascism. Umberto Eco. Een artikel over het ‘eeuwige fascisme”. Hij noemt 14 kenmerken van dit Ur-Fascismus. Ik vind het vrij verward en pretentieus geschreven en maakt niet echt veel duidelijk over het concept “Fascisme”. Artikel stond in de ‘New York Review of Books (22-06-1995)

Er zijn natuurlijk nog veel meer boeken en artikelen geschreven over het fascisme, maar ik vond bovenstaande voldoende om mij enigszins een beeld te vormen over het berip “Fascisme”.

Ook heb ik de biografie van Ian Kershaw over HITLER gelezen (Twee dikke pillen). Ik vond dat een echt meesterwerk. De biografie over Mussolini van Nicholas Farrell vond ik beduidend minder. Als je geschiedenis schrijft moet je voorzichtig zijn en zoveel mogelijk objectief blijven.

Definitie.

Het fascisme heeft een aantal basiskenmerken die het doet verschillen van andere politieke stromingen. Deze basiskenmerken zijn volgens mijnheer Wikepedia de volgende:

Het fascisme is de tegenstander van zowel de traditioneel linkse als rechtse politieke partijen.

Het fascisme minacht contemporaine conservatieve instellingen ( kerk, vakbonden etc.)

Het fascisme vereert machtsvertoon en het gebruik van geweld, voor zover dat is gericht op de omverwerping van de bestaande maatschappelijke orde.

Het fascisme kent een autoritaire structuur met aan het hoofd daarvan een leider aan wie charismatische eigenschappen worden toegeschreven.

Het fascisme streeft naar de instelling van een politieke dictatuur.

Het fascisme streeft naar een totalitaire staat – de volledige controle over het maatschappelijke leven en de sociale en culturele organisaties.

Het fascisme is extreem en virulent nationalistisch.

Het fascisme pleit voor een continue strijd om de eigen natie te kunnen doen overleven te midden van andere staten.

Het fascisme berust in hoofdzaak op de maatschappelijke middenklasse.

Het fascisme streeft naar sociale eenheid en de opheffing van alle bestaande klassen en belangentegenstellingen.

Geschiedenis van het fascisme.

Het fascisme heeft een ietwat diffuse geschiedenis, zeker voor de Eerste Wereldoorlog. Het vindt zijn oorsprong aanvankelijk in het omstreeks 1900 opkomende extreme nationalisme, dat op zijn beurt weer een symptoom was van het opbloeiende neo-romanticisme. Daarnaast bestond er ook nog zoiets als het nationaal-syndicalisme, een stroming die voortkwam uit het gedachtegoed van George Sorel ( 1847 – 1922). Sorel was een Franse filosoof en een theoreticus van het revolutionair syndicalisme. Hij was een Marxist en een socialist en werd sterk beïnvloed door Proudhon (Anarchist, “La propriéte c’est le vol), Karl Marx natuurlijk en Henry Bergson (L’élan vital). Zijn bekendheid genoot George Sorel door zijn eloquente verdediging van het gebruik van geweld en zijn idee van de kracht van de mythe in het leven van mensen (grootse, inspirerende en meeslepende verhalen die niet per se op de volledige waarheid hoefden te berusten) Mythen die zowel Marxisten als fascisten inspireerden. Vooral de noodzaak c.q. de verering van geweld en het creëren van genoemde inspirerende mythen spraken de fascisten erg aan.

Ook het gedachtegoed van Friedrich Wilhelm Nietzsche heeft, overigens zeer waarschijnlijk buiten de wil van Nietzsche om, een vrij grote invloed gehad op het theoretische fundament van het fascisme. Nietzsche stond bekend als de filosoof met de hamer. Zijn grote inspirator was Arthur Schoppenhauer, wiens metafysica van de wil hij min of meer overnam, maar er wel andere consequenties aan verbond. Nietzsche was de dionysische levenshouding toegedaan, de bevestiging van de ‘Levenswil’ en was de bedenker van het begrip “Der Wille zur Macht”. De levensontkennende slavenmentaliteit van de joods-christelijke traditie had volgens hem afgedaan. Hij sprak van een ‘Slavenmoraal’, die was ontstaan als verzet tegen de heersende orde. De slavenmoraal is een moraal die een externe oorzaak heeft. Zij is dus altijd reactief. Daar tegenover stelde Nietzsche de ‘Heersersmoraal’, zijnde de moraal die zonder invloeden van buitenaf ontstond. De Heersersmoraal is de moraal voor degenen die uit ware kracht sterk, mooi en voornaam de wereld tegemoet willen treden. De Slavenmoraal staat volgens Nietzsche voor alles wat zwak is, maar vooral ook sluw teneinde uit bedrog macht te verkrijgen. Kortom eigenlijk best wel een krankzinnig idee. Als prominent NSDAP-lid wist zijn zuster (Elisabeth Förster – Nietzsche) Nietzsche te verheffen tot geestelijk voorganger van het nationaal-socialisme. Met begrippen als “Herrenvolk” , “Unter-mensch”, “Über-mensch”, en “Der Wille zur Macht” is het geen wonder dat het fascisme, dankzij Frau Förster, dankbaar gebruik ging maken van de ‘filosofie’ van Nietzsche.

Er waren voor de Eerste Wereldoorlog dus wel wat bewegingen die als min of meer fascistisch konden worden aangemerkt, maar als deze oorlog niet was uitgebroken zouden ze hoogstwaarschijnlijk als irrelevant op de mesthoop van de geschiedenis terecht zijn gekomen. Echter, de oorlog brak wel uit en stortte Europa in een gigantische sociaaleconomische crisis met enorme geopolitieke gevolgen. Het continent bleef na 1918 mentaal en materieel totaal ontwricht achter. Miljoenen soldaten keerden getraumatiseerd terug uit de oorlog en konden ternauwernood nog aarden in de burgermaatschappij. De werkeloosheid was enorm. Het Italië van het Interbellum en de eerste jaren van de Tweede Wereldoorlog speelt bij het ontstaan van het reëel bestaande fascisme een doorslaggevende rol. Daarom sta ik langer stil bij de Italiaanse geschiedenis dienaangaande dan bij de Duitse.

De Italianen waren in WO I totaal vernederd. Bij de slag van Carporetto (Oostenrijkse Karfreit) aan de rivier de Isonzo (grens tussen Italie en de Donaumonarchie werden de Italianen massaal overlopen door de Oostenrijkers en slechts met behulp van de Fransen en de Engelsen konden de Oostenrijkers vijftig kilometer van Venetië worden tegengehouden en hen weer terugdringen. Ondanks de beschamende militaire nederlaag van Italië behoorde Italie toch tot de overwinnaars. Zij kregen bij de vredesbesprekingen echter niet datgene wat ze hadden verwacht. En zo kon er ressentiment ontstaan

De tijd leek rijp voor fascisme in Italië, dat op de rand van een burgeroorlog stond door de steeds verder oplopende spanningen tussen socialisten en fascisten. In maart 1919 richtte een zekere Benito Mussolini in Milaan de zgn. “Fasci Italiani di Combatimento” op. Deze “Fasci” waren fascistische knokploegen, veelal bestaande uit geharde en gelouterde veteranen (m.n. De zgn “ Arditi “ – keurkorps van commando’s – speelden een belangrijke rol). Zij bestreden de communisten en de socialisten. De liberale regering was veel te zwak om in te grijpen en de zwarthemden konden hun destructieve en moordzuchtige gang gaan;hierbij financieel, materieel en politiek gesteund door de grootgrondbezitters, fabriekseigenaren, maar ook door kleine landbouwers met een eigen bedrijfje waarvan er sinds het begin van de oorlog steeds meer waren. De socialisten, die de verkiezingen in 1919 hadden gewonnen, verloren door bruut geweld en intimidatie van de fascistische knokploegen steeds meer terrein in Noord-Italië. In 1921 werden de Fasci di Combatimento omgevormd tot een politieke partij onder de naam “Partito Nazionale Fascista. Na de mars op Rome van de zwarthemden werd Mussolini door Koning Emanuel III benoemd tot premier. De fascisten kwamen met 38 zetels in het parlement van Italië. Na de moord op de vooraanstaande en alom gerespecteerde sociaaldemocraat Giacomo Matteotti in 1924 door fascistische knokploegen, die mogelijk op bevel van Mussolini handelden, waardoor Mussolini enorm veel ‘goodwill’ verloor bij zeer veel Italianen, maakte de “Duce” een einde aan de parlementaire democratie en veranderde, overigens onder zware druk van de leiders van de fascistische knokploegen (Roberto Farinazzi, Italo Balbo etc.) Italië in een fascistische machtsstaat.

In Duitsland kwam in 1933 de fascist Adolf Hitler aan de macht, ook hier met behulp van de reactionaire conservatieven (Hindenburg, von Papen etc.) en de macht van de grootindustriëlen (Krupp, Siemens, IG-Farben, Daimler-Benz etc.). Het dreigende communisme was ook hier de gemeenschappelijke vijand. Na de Rijksdagbrand grepen de nazi’s de macht en veranderde Duitsland in een fascistische politiestaat. Was bij de Italianen “De Staat” de kern van hun doctrine, in Duitsland lag dat net even anders. De kern van het nazi-dom lag in de etnische factor. Het raszuivere volk, “Das gesundes Volksempfinden”, “Lebensraum” voor de Arische Horden.

Zowel Hitler als Mussolini zijn dus met behulp van conservatieven en grootindustriëlen op legale wijze aan de macht gekomen, waarna ze vanuit die positie op geweldadige wijze de absolute macht hebben gegrepen en aldus een reëel bestaande fascistische staat creëerden.

Bij het begin van het verhaal heb ik al een definitie van Fascisme gegeven. Maar e.e.a. behoeft naar mijn mening wel nadere uitwerking. Wat is fascisme nu precies?

Ideologie.

Ideologisch gezien is er bij het fascisme sprake van twee componenten t.w. rationeel versus irrationeel. In rationele zin verkondigt het fascisme “De Staat” als de kern van zijn doctrine. Voor de fascistische ideologen is de staat geen verzameling van individuen, maar een zelfstandig organisme van hogere orde, een macht, die alle vormen van zedelijk en verstandelijk leven van de mens samenvat en in zich verenigt. Deze staat is totalitair in de zin, dat hij de wil en het verstand van ieder individu omvat. In deze staatsconceptie bezitten alle individuen en groepen wel een eigen functie, maar ieder afzonderlijk geen levensvatbaarheid. Hun bestaan krijgt slechts zin en waarde door de staat, zodat Mussolini kon verklaren ‘Alles in de staat, niets tegen de staat, niets buiten de staat. De fascistische staat is ook absoluut van aard. Het vindt de normen van zijn gedrag in zichzelf. Het gezag is het onaantastbare bezit van de staat. Reden waarom binnen het fascisme een grote betekenis wordt toegekend aan de hiërarchie.

Het fascisme vervangt de rechtsstaat – immers slechts de speelbal der individuen – door de machtsstaat. Er is altijd sprake van een charismatische ultieme leider. De scheiding der machten – de Trias Politica – wordt verworpen en er wordt complete suprematie gegeven aan de uitvoerende macht. Politieke partijen worden verboden en ontbonden en de fascistische partijstaat wordt ingevoerd. Alle persoonlijke vrijheden worden opgeheven.

De beroepsbevolking wordt georganiseerd in zgn. corporaties. Het zijn fascistische corporaties, zuivere staatscorporaties zonder rechtspersoonlijkheid. Deze corporaties werden instrumenten in handen van de staat.

Maar er zijn ook vele irrationele elementen binnen het fascisme. Het stelde intuïtieve schouwing van het geheel tegenover de logische analyse, avontuur en gevaar tegenover veiligheid, de wilde worsteling tegenover de ‘gezapige’ vrede, de daad tegenover de redenering, de held tegenover de denker, de macht en het geweld tegenover het recht en ten slotte de mythe tegenover de wetenschap. Mussolini noemde het fascisme een religieuze conceptie, die de mens beschouwt in zijn betrekking tot een hogere wet, die boven het individu uitstijgt en het opvoedt tot de waardigheid van lid van een geestelijke gemeenschap. Het fascisme werd verkondigd als een geloof.

De mythe speelt dus een grote rol in het fascisme. De mythen van de staat en zijn charismatische leider deden in brede kringen opgeld, waarbij de “Duce” kon poseren als halfgod in de rol van verlosser.

Hieronder volgen nog wat ideologische trekken van het fascisme.

Bijvoorbeeld: Het Leidersbeginsel.

Het fascisme gaat uit van collectivisme. De groep, collectief of natie gaat altijd boven het belang van het individu. Men dient kritiekloos te gehoorzamen. Democratische besluitvorming past niet in dit model; dit was alleen maar ‘vertragend geleuter’ volgens de meeste fascisten.

Een ander kenmerk is: Nationalisme. Fascisme is zeer sterk nationalistisch getint. De eigen cultuur wordt als superieur aan andere culturen verheerlijkt. Er zijn sterke racistische elementen aanwezig, die tot stuitende xenofobie leiden, tot pogroms, massavervolgingen, deportaties en agressie jegens buurlanden. Er worden hele groepen als zondebokken aangewezen. Fascisten houden dergelijke groepen verantwoordelijk voor alles wat er mis is in het land. Deze groepen moeten dan ook zo snel mogelijk onschadelijk worden gemaakt. Veel voorkomende zondebokken zijn Joden, mensen met een donkere huidskleur, Roma, vrijmetselaars, communisten, homoseksuelen, gehandicapten, pacifisten, moslims, vluchtelingen, asielzoekers etc.

Ook heeft het fascisme uiteraard specifieke opvattingen over wat wij “Normen en Waarden” noemen. Oude normen, waarden en tradities werden gecombineerd met het doorvoeren van het leidersbeginsel tot in de kleinste details van de samenleving. Het gezin was erg belangrijk, waarin een traditionele taakverdeling werd gepropageerd. Vader was kostwinner, moeder deed het huishouden en zorgde voor de kinderen. Het krijgen van kinderen werd sterk aangemoedigd. Sociaal Darwinisme speelde in veel facetten van het leven een rol. Bruut geweld was gewettigd om de ‘traditionele’ normen en waarden te handhaven.

Conclusie.

Duidelijk is dat het fascisme een daadwerkelijke politieke theorie is, een utopische ideologie. Uit de praktijk is gebleken dat het fascisme geen vorm van politieke hondsdolheid of een nihilistische anti-ideologie was. Het was een nieuwe revolutionaire stroming die na de Eerste Wereldoorlog ontstond en die grootse, utopische idealen wilde verwezenlijken. Boven alles streefden fascisten naar een transcendente synthese van alle bevolkingsklassen in een nieuwe, etnisch homogene samenleving. Het ging om een nieuwe ‘Beschaving’, ja zelfs om een nieuwe mens. De verlossing die het fascisme bood was exclusief en gericht op uitsluiting van iedereen die niet in de blauwdruk van het fascistische Utopia paste of ervan verdacht werd de komst ervan te willen verhinderen. Het fascisme is, hoe onaangenaam wij dit ook mogen vinden, diep geworteld in denkbeelden, opvattingen en idealen die al eerder bestonden en wijdverbreid waren.

De eclectische verbinding van 19e eeuwse ideële elementen zoals biologisch racisme, eugenetica, verlossingsantisemitisme, sociaaldarwinisme, extreem nationalisme en völkische denkbeelden, gaf in de periode 1919 – 1945 aan het fascisme de vorm van een uniek revolutionair – utopische ideologie en een massabeweging.

Het aanduiden van het huidige rechts – populisme en het moslim – fundamentalisme als “fascistisch” is om deze reden dus weinig zinvol en kan beter achterwege blijven.

Naschrift:

Omdat ik van mening ben dat politieke desinteresse bij grote groepen van de samenleving, een steeds slechter wordend onderwijssysteem en een steeds machtiger wordende monetaire elite een kweekvijver vormen voor politieke ongelukken, ik het daarom een verstandige zaak vindt, om e.e.a. nog eens onder de aandacht te brengen van de weinige mensen die mijn blog nog de moeite waard vinden om te lezen. Bovendien is mijn blog een goede opslagplaats voor mijn artikelen.

Inmiddels weet ik hoe ik de aanhalingstekens tevoorschijn kan toveren dankzij de geduldige aanwijzingen van mijn echtgenote.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Uncategorized

Het onverwoestbare en steeds groter wordende IK

Inmiddels ben ik op leeftijd gekomen, zoals men dat noemt. Wat mij opgevallen is, is dat het IK steeds groter is geworden bij de mensen die mij omringen. Ook bij mensen die wat verder van mij af staan is het IK steeds prominenter aanwezig. Het nadeel hiervan is dat HET ALGEMEEN BELANG steeds rapper achter de horizon dreigt te verdwijnen. Ook de politiek krijgt meer en meer last van het grote IK. Het is geen wonder want het neoliberale denken en de daaraan gekoppelde marktwerking beheerst al ongeveer veertig jaar de westerse samenlevingen en vecht zich als een kwaadaardig ‘Fremdkorper’ in in de talloze andere mondiale culturen. Dat dit gebeuren kan heeft diverse redenen. Als eerste reden dient genoemd te worden de extreme agressiviteit die de westerse cultuur aankleeft. Over de destructieve imperialistische invloed van het kapitalistische westen hoeven we weinig woorden vuil te maken. Die bestaat gewoon en doet zijn nihilistische werk. Belangrijk bij dit proces is de buitensporige exaltatie van het marktdenken. Binnen dit denken ziet men de ander niet als medemens (met de nadruk op ‘mede’) maar als een concurrent in een situatie van schaarste. De medemens als concurrent dus. Een concurrent wordt al gauw een vijand en een vijand kun je niet vertrouwen omdat deze altijd te kwader trouw is en soms zelfs geweld wil gebruiken om te verkrijgen wat van jou is. Inmiddels zijn grote delen van de mondiale samenleving ten diepste geïnfecteerd met dit wantrouwen en is binnen dit hele proces het IK steeds groter geworden. De marktsamenleving kenmerkt zich tevens door standaardisatie van het productieproces, en door de daarmede ten nauwste samenhangende arbeidsverdeling. Kapitaal speelt een andere, heel belangrijke rol. Kenmerken die minder opvallend zijn: Het marktdenken is niet geneigd tot empathie, in tegendeel, het marktdenken wakkert het per definitie het botte egoïsme aan. Uiteraard is egocentrisme een evolutionair aanwezige eigenschap, waaruit het botte egoïsme zich kennelijk, indien het niet gereguleerd en getemperd wordt door de ratio, als een verwoestende en decadente factor ontwikkelt. Ik heb een neefje van ongeveer drie jaar die te pas en te onpas roept “Alles is voor Brammetje” . Dat is grappig bij drie jarigen, maar niet bij volwassenen. De opvoeding en verdere vorming zijn, mijns inziens, bedoeld om een dergelijke rabiate hebzucht zo veel mogelijk te neutraliseren. Maar dat is niet wat de werking van het marktmechanisme binnen een honderd procent kapitalistische samenleving beoogt. Nee, binnen een dergelijke samenleving wordt het als een prachtige eigenschap gezien om alles als vanzelfsprekend naar je toe te harken. Er ontstaan (let op de sportterminologie) “Winners en Losers”. Binnen een samenleving, die het recht van de sterkste op een onbeschaamde wijze propageert en met enthousiasme gebruik maakt van het daarbij horende “ethische” instrumentarium, kan het niet anders dan dat er op den duur een steeds grotere massa van kennisarme en materieel gedepriveerden ontstaat die op enig moment in de toekomst in opstand gaat komen om het zware fysieke en mentale juk, opgelegd door een kleine elite van niet empathische, hedonistische en geborneerde verkwisters, van zich af te gooien. En deze cyclus kan zich eindeloos herhalen, tenzij er een vernieuwend, humaan en op wetenschappelijke gronden gebaseerd samenlevingsmodel wordt ontwikkeld; een model dat als belangrijkste uitgangspunten empathie, de geïnternaliseerde wil tot delen en de noodzaak tot sober leven, in zich bergt. Tot hier, morgen gaan we verder.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Uncategorized

Vleugellam

Vanochtend vond ik bij het doorbladeren van een oude schoolagenda een klein briefje met een allerwonderlijkst gedichtje. Ik moet het hebben gemaakt toen ik 17 jaar was. Hoogstwaarschijnlijk was ik toen een opgefokte testosteron-bom met weltschmerz. Om het niet voor mezelf verloren te laten gaan plaats ik het in mijn blog. Kan ik later nog eens terugkijken en hartelijk lachen.

“Museumplein Trash,

Zo, Zo, u is een vlinder,

van wondre vleugelpracht

Van weinig interesse

En u zit erbij en wacht

U danst en lalt in’t donker,

Uw schreeuwen in de nacht,

van “Alte Kameraden”

van Feijenoord de helden

en van Ajax diep veracht.

Ja, ja, u is een vlinder

en met uw kleine geest

veroorzaakt u meer hinder

dan het echte hinderbeest.

1 reactie

Opgeslagen onder Uncategorized

Meneer Trump is een gevaar voor de vrije wereld.

U gelieve onderstaand aan te treffen een behoorlijk alarmerend artikel van de Heer Jay Rosen, universitair hoofddocent aan de New York University.

In dit artikel wordt beschreven hoe meneer Trump, president van de Verenigde Staten, een enorm gevaar vormt voor het voortbestaan van de ,democratisch tot stand gekomen, instituties van Amerika.De journalistiek dient daarom op te schalen naar de crisisstand.Ik ben bang dat meneer Trump zich niet neer gaat leggen bij de uitkomst van de verkiezingen indien hij deze zou verliezen. Mogelijk gaat hij zijn aanhang oproepen om in verzet te komen tegen de gevaren die zijn politieke positie bedreigen. In een ethisch uiterst primitief land, waar een groot gedeelte van de onontwikkelde en door de sociale media voorgelogen bevolking zich tot de tanden toe heeft bewapend en zich onvoorwaardelijk achter een volstrekt psychopathische en karaktergestoorde president heeft geschaard, is er echt niet veel nodig om het tot grootschalig geweld te laten komen. Het is te hopen dat, indien het zwartste scenario werkelijkheid dreigt te worden, het leger op tijd ingrijpt om het allerergste, een burgeroorlog, te voorkomen. Ik denk zelf dat het hoogstwaarschijnlijk niet zover zal komen, maar er zijn in de geschiedenis wel gekkere dingen gebeurd. Ik sta helemaal achter het voorstel van meneer Jay Rosen. Mobiliseer de journalistiek en laat deze opereren in crisisstand. Bestrijd de leugens van de Amerikaanse president!! Ik hou mijn hart vast. Maar laat ik meneer Jay Rosen zijn woordje laten doen

“Ook na bijna vier jaar Trump blijft het schokkend om te zien dat de meeste valse informatie die de Amerikaanse bevolking krijgt afkomstig is van de president zélf. Al die tijd is dit een gigantisch – en onopgelost – probleem geweest voor het land en zijn politieke leiders.

Maar nu is het een kwestie van leven en dood. Alles wat Donald Trump ooit over corona heeft gezegd, is onbetrouwbaar gebleken. Lees bij The Atlantic: ‘Donald Trump’s Cult of Personality Did This’ Bovendien gebruikt de president de macht die hij via verkiezingen heeft gekregen om het vertrouwen van de bevolking in de komende verkiezingen te ondermijnen. Daarom moeten nieuwsmedia hun verslaggeving in crisismodus brengen, en zouden ze het presidentschap van Trump moeten beschouwen als een actieve bedreiging van de Amerikaanse democratie.

Lees ook: ‘Beste nieuwsmedia, versla de VS niet langer als een democratie’

Dat betekent dat media zich niet meer moeten houden aan de manier waarop ze normaal gesproken verslag doen Lees ook: ‘Leugens van politici tegenspreken is geen vooringenomenheid. Het is de plicht van elke journalist’ van een president – een systeem waaraan Trump zich ook al jaren niet meer houdt, sinds hij de megafoon die we hem hebben gegeven gebruikt om duizenden valse claims

Lees bij de Washington Post: ‘President Trump has made 13.435 false or misleading claims over 993 days’ rond te toeteren, ook al ondergraaft hij daarmee zijn eigen presidentschap en het vertrouwen in de media.

Nee, hij is niet verplicht om vragen van journalisten te beantwoorden. Maar net zomin zijn journalisten verplicht om hem te helpen

Lees ook: ‘Autocraten zaaien chaos en verwarring. Dit is wat journalisten ertegen kunnen doen’ bij het verspreiden van misinformatie over de coronapandemie, en wat zijn regering er daadwerkelijk aan doet.

Hoe media omschakelen naar een crisismodus

Overschakelen naar een crisismodus betekent dat media anders moeten gaan werken, om te voorkomen dat de president de bevolking voorliegt. Dit zijn mijn voornaamste aanbevelingen:

  • Zend speeches, verkiezingsbijeenkomsten en persconferenties van of over de president niet meer live uit. Het gevaar dat valse informatie wordt verspreid is te groot. Breng eventueel nieuws waar hij mee komt pas als je het hebt kunnen verifiëren bij een onafhankelijke bron.
  • Schort de traditionele relatie met het Witte Huis op.

Lees ook: ‘It’s time for the press to suspend normal relations with the Trump presidency’ Ga niet naar persconferenties. Ga niet in een kluitje erbij staan als hij in zijn helikopter stapt. Doe niet mee met off the record ’achtergrondgesprekken’ met regeringsmedewerkers. Maak geen enkele afspraak met het team van Trump, ook niet met anonieme ‘hoge adviseurs’ die soms plots opduiken in nieuwsverhalen. Dubbelcheck elke uitspraak van regeringsmedewerkers, ook die van Trump. Vraag je niet alleen af: is dit een eerlijke afspiegeling van wat hij heeft gezegd, maar ook: is dit iets wat we groter moeten maken? Als het enige doel is een groep mensen te demoniseren, of een gênant verhaal over de president te spinnen, of als de uitspraak onderdeel is van zijn haatcampagne tegen journalisten, overweeg hem dan serieus niet verder te versterken, ook al heeft iemand het wel gezegd. Een oude wet van Witte Huis-verslaggeving bepaalt dat alles wat de president zegt automatisch nieuws is. Schakel dat automatisme uit. In het algemeen: doe geen verslag van wat de president allemaal zegt, maar van wat zijn regering doet. Leg minder nadruk op alles in en om het Witte Huis, maar geef aandacht aan mensen aan de randen van de regering, Lees ook: ‘Send the interns’ die het systeem van daaruit kunnen binnendringen – en niet aan de mensen die in het hart van de vervormingsmachine werken.Wat journalisten voor elkaar kunnen krijgen, staat of valt met het vertrouwen van het publiek in de media. Daarom is het media aan te bevelen een ombudsman aan te nemen die klachten in behandeling neemt, beoordeelt of iets niet goed is gegaan, checkt wat er is gebeurd en daarvan verslag doet. We weten uit ervaring dat de president regelmatig een aantoonbaar valse claim doet, of een giftige leugen de wereld in helpt die te groot is om te negeren. In die speciale gevallen kun je een redactionele formule gebruiken die de ‘truth sandwich’

In januari en februari bagatelliseerde president Trump het gevaar van het coronavirus. ‘We hebben het volledig onder controle’, zei hij op 22 januari. Maar niet lang daarna probeerde hij die uitspraak uit te wissen

en wilde hij geen verantwoording nemen voor zijn eerdere statements. ‘Ik noemde het al een pandemie lang voordat het een pandemie werd genoemd’, zei hij. Als we dat naast zijn eerdere publieke uitspraken leggen, is dat een openlijke leugen. Op 27 februari zei hij tijdens een bijeenkomst in het Witte Huis: ‘Het virus verdwijnt vanzelf. Op een dag – het is een wonder – is het weg.’

Kortom: doe geen live verslag. Schort de relatie met het Witte Huis op. Stel altijd de vraag: willen we dit wel groter maken? Focus op wat de president doet, niet op wat hij zegt. Gebruik de truth sandwich als je de aandacht wilt vestigen op valse claims: dat is nieuwsverslaggeving die in crisismodus staat.

Een actieve bedreiging van de democratie

Maar wat als het niet genoeg is om over te schakelen naar een crisismodus? Dan zullen de media nog een tandje bij moeten zetten en Donald Trumps presidentschap moeten behandelen als een actieve bedreiging van de democratie.

Wat bedoel ik met ‘een actieve bedreiging?’ Dat Trump zijn presidentiële macht gebruikt om het vertrouwen van de bevolking in de aanstaande verkiezingen kapot te maken.

Een voorbeeld:

‘De Wall Street Journal liep Trumps tweets sinds 2012 na en kwam meer dan 110 gevallen tegen waarin de president zei dat er sprake was van stemvervalsing, of dat er met verkiezingen was gerommeld, of dat stemmen per post de deur zou openzetten voor fraude. Meer dan de helft van die tweets stamden uit dit jaar, en het merendeel ging over stemmen per post.’

In zijn campagne tegen stemmen per post heeft Trump een nieuw middel gekozen: hij saboteert de Post Office, een overheidsorgaan dat vanwege de coronacrisis bij deze verkiezingen harder nodig is dan ooit. Zoals FactCheck.org schreef:

In een interview op 13 augustus gaf Trump toe dat hij tegen een nieuwe coronawet van de Democraten is omdat er geld mee wordt vrijgemaakt voor de US Postal Service en verkiezingsbeambten – geld dat volgens Trump bedoeld is om de verwachte golf van stemmen via de post op te vangen.

Kijk nog eens goed naar wat hier gebeurt.

  1. Via het openbare platform van zijn presidentschap probeert Donald Trump Amerikanen ervan te overtuigen dat hun verkiezingen niet te vertrouwen zijn, terwijl hij zelf kandidaat is in die verkiezingen.
  2. Met zijn formele presidentiële macht probeert hij deze gevaarlijke claim waarheid te laten worden, door het postbedrijf te belemmeren in zijn functioneren,
  1. net nu het land massaal via de post gaat stemmen.
  2. En hij doet dat tijdens verkiezingen waarin een betrouwbare postvoorziening onontbeerlijk is, vanwege een gezondheidscrisis die hij als president niet in de hand heeft.

Tel 1, 2 en 3 op – zie hoe ze in elkaar overlopen en elkaar versterken – en je hebt meer dan een maatschappelijke ramp: dit is een nationale crisis. De nieuwsverslaggeving moet dat weerspiegelen. Het is niet genoeg om alleen wat koppen groter en vetter te maken. De nieuwsmedia moeten in actie komen. Hier zijn wat suggesties:

1. Stel een threat modeling team samen

Media zouden alle middelen die ze normaal gesproken gebruiken voor het verslaan van partijconventies moeten inzetten voor een threat modeling team. Dit team zal zich bezighouden met het lokaliseren van de plekken waar het verkiezingssysteem zal wankelen, en met het adviseren van de nieuwsredactie over waar die zich in de dagelijkse verslagen op moet richten. Iedereen op de redactie moet weten wat de topprioriteiten zijn bij het verkiezingsnieuws: de grootste bedreigingen. Er is geen excuus om je te laten afleiden door Trumps getwitter.

2. Creëer een live Threat Urgency Index

Een van de producten van dit nieuwe team zou een soort ‘live’ Threat Urgency Index kunnen zijn, die elke dag opnieuw gepubliceerd wordt. In die index worden de grootste gevaren voor vrije en eerlijke verkiezingen samengevat en gerangschikt, al naar gelang hun impact en waarschijnlijkheid. Een doel van die index is het vormen van een tegenwicht tegen de stroom ‘Amerika-in-crisis’-koppen, die allemaal aanvoelen als een ‘groot verhaal’ (meestal omdat dat ook zo is).

Dit laatste wordt ook wel het ‘overspoelen van de zone met shit’ genoemd – flooding the zone with shit – een term van oud-Trump-medewerker Steve Bannon.

Het idee is dat er zo veel alarmen afgaan dat het systeem vastloopt, waardoor de echte waarschuwingen ondergesneeuwd raken. Als niemand meer boos wordt omdat de president zich buitensporig gedraagt, omdat men de moed heeft opgegeven om het nieuws überhaupt te verwerken, dan hebben de zone flooders gewonnen. Een Threat Urgency Index kan dit tegengaan door het aanbrengen van hiërarchie, continuïteit, kalmte en helderheid. Kiezers en nieuwsconsumenten kunnen de media ter verantwoording roepen om de manier waarop ze verslag doen van wat volgens hen de grootste bedreigingen van eerlijke en vrije verkiezingen zijn.

3. Oefen druk uit op regeringsmedewerkers: laat ze reageren op wat Trump doet

Nu president Trump een steeds groter gevaar vormt voor de Amerikaanse democratie, moet de rest van het politiek bestel besluiten wat ze eraan kunnen doen. Dit is een hefboom die journalisten kunnen gebruiken. Journalisten zitten in een positie waarbij ze ambtsdragers en andere regeringsmedewerkers kunnen dwingen om on the record te reageren op het gedrag van Trump. Blijven vragen om antwoorden kan op zichzelf al effect hebben, zoals we in augustus in Montana zagen.

In een normaal verkiezingsjaar wijzen media medewerkers aan die ‘embedded’ met de kandidaten meereizen op campagne. Dit jaar zijn er vanwege covid-19 geen campagnetournees, dus kunnen de media de middelen daarvoor inzetten voor iets anders: leg sleutelfiguren – van beide partijen – het vuur aan de schenen en laat ze rekenschap afleggen voor het steunen, het dwarsbomen of het bevragen van alles wat Trump doet om de verkiezingen te saboteren.

4. Kijk niet naar de race, zoek naar oplossingen en zoom in op mensen die leiderschap tonen

Tijdens normale verkiezingen stoppen media veel tijd en geld in het volgen van de ‘race’, in de veronderstelling dat lezers en kijkers willen weten wie er aan de winnende hand is en hoe diegene dat doet. Maar het publiek kan net zo goed geïnformeerd worden met een simpele dagelijkse samenvatting van de belangrijkste lokale en nationale peilingen. (Sites als 538.com en Real Clear Politics

zijn hierin gespecialiseerd.)

Amerika zit midden een dodelijke pandemie die nog niet onder controle is, met een economie die hele gezinnen op drift brengt en een regering die democratische instituten bedreigt. Daarom hebben de VS danig behoefte aan mensen met politieke moed en een praktische visie die anderen kunnen inspireren. En dus zouden de media de middelen die ze normaal gesproken inzetten voor het ‘wedstrijdverslag’ moeten gebruiken voor het aandacht geven aan mensen die buitengewoon leiderschap laten zien, of die met oplossingen komen – zoals het team van Yale en de NBA dat een coronatest ontwikkelde die de FDA ‘baanbrekend’

noemde vanwege zijn efficiëntie.

De meeste doorgewinterde journalisten kijken neer op ‘positief nieuws’. Maar iedereen die goed luistert naar lezers, kijkers en luisteraars, weet dat nieuwsmoeheid en een gevoel van hopeloosheid inmiddels grote obstakels zijn geworden bij het geïnformeerd houden van de bevolking.

Als de Verenigde Staten uit deze crisis willen komen met hun democratie intact, dan heeft het land alerte en betrokken burgers nodig. Het is niet reëel om te verwachten dat lezers en kijkers aandacht willen besteden aan een eindeloze stroom crisisnieuws, al helemaal niet in een land dat opzettelijk gepolariseerd wordt door een president die chaos en haat zaait. Er moet een andere toonsoort zijn waarin het lied van dit land kan klinken. Kijk niet naar wie de leiding heeft in de paardenrace, maar wie er bij de mensen vooroploopt om ons uit deze ellende te halen.

Wat dit betekent voor de journalistiek

Iedereen heeft recht op nieuws dat juist inschat hoezeer het gedrag van de president – en zijn methoden om opnieuw verkozen te worden – de Amerikaanse democratie bedreigen.

Het gaat hier niet om een standaard anti-Trump-reflex, of een soort permanente vijandigheid tegen de Republikeinse partij, maar om loyaliteit jegens democratische instituties, waaronder het gigantische belang van vrije en eerlijke verkiezingen.

Toen Trump nog maar net aan de macht was, sprak Marty Baron – hoofdredacteur van de Washington Post – deze memorabele woorden

in reactie op de retoriek van de president, die de media ‘de vijand van het volk’ had genoemd: ‘We zijn niet in oorlog, we zijn aan het werk.’ Een slimme waarschuwing: het doel is niet een president ten val te brengen.

Maar als de federale regering haar macht inzet om te morrelen aan de betrouwbaarheid van de verkiezingen, dan overschrijden we de grens tussen een keiharde verkiezingsstrijd en een gebeurtenis die álles op losse schroeven kan zetten.

In augustus schreef

CNN-verslaggever Stephen Collinson: ‘De gevaarlijkste bedreiging voor eerlijke verkiezingen komt van de man die heeft gezworen ze juist te beschermen: de president van de Verenigde Staten.’

Dit is een escalatie. Trump is een actieve bedreiging. Dat moet gevolgen hebben voor de journalistiek – het kan niet anders.

Dit artikel is een bewerkte versie van twee stukken die Jay Rosen schreef op Pressthink.org. Vertaling: HP van Stein Callenfels“.

Zo, bij mij zit de schrik er goed in. En nu wil het geval dat ik meerdere Amerikaanse staatsburgers, die ik onlangs nog sprak (een ervan is mijn buurman), helemaal in de geest van meneer Rosen heb horen praten.

Ik hoop dat de soep etc.etc., maar ik zal er toch een stuk minder rustig door slapen.

1 reactie

Opgeslagen onder Uncategorized

Rare Trump en de a.s. ondergang van de wereld zoals wij die kennen.

In de Amerikaanse samenleving ligt een enorme hoeveelheid onvrede, woede en afgunst opgeslagen. Deze samenleving is gebaseerd op louter economische uitgangspunten zoals wij die kennen van het neoliberalisme. Een puur materialistische en hedonistische verzameling van individuen die elkaar tot in hun diepste vezels wantrouwen. “Wantrouwen” is dus een van de belangrijkste pijlers van deze neoliberale samenleving. “Hebzucht” is een andere. En wat wil het geval, op grond van historisch aantoonbare factoren heeft de Nederlandse samenleving zich na de Tweede Wereldoorlog bijna geheel geconformeerd aan deze negatieve eigenschappen. Veel elementen van de huidige Nederlandse cultuur zijn bijna een op een overgenomen uit de Amerikaanse cultuur. Dat is niet zo verwonderlijk, want de door mij genoemde historische factoren die van oudsher de Nederlandse samenleving schragen zijn, hebzucht, gierigheid, regelzucht en allerlei idiote vormen van religie.

In Amerika heeft het ongeletterde en sterk materialistische electoraat het gewonnen van de iets meer geletterde en iets minder hebzuchtige kiezers. Trump, een lompe, zwak geletterde, puur op eigen belang uitzijnde, geldverzamelaar is daar President geworden. Hij zit er al bijna drie jaar en dat is goed te merken. Door zijn toedoen is de wereldeconomie aangetast. Dat is niet zo erg, vind ik, want het moet maar eens uit zijn met die krankzinnige en dwangmatige drang naar constante economische groei. Maar het is wel typerend dat een intellectueel primitief  land als de V.S. een sterk anti-intellectuele, hebzuchtige, megalomane en lompe geldboer tot hun president heeft gemaakt . Nou, tot zover mijn gemopper. Ik kom er uiteraard nog op terug.

Het leed en de schade die Trump veroorzaakt zal nog honderden jaren nagalmen. Het is kennelijk niet te vermijden. De geschiedenis zal over hem oordelen. Trouwens, over geschiedenis gesproken, mede over dit vakgebied heb ik het volgende bedacht:

‘De door ons gepercipieerde werkelijkheid is slechts een fractie van een reëel bestaande en veel grotere werkelijkheid. Wij denken binnen het kader van diepte, lengte, breedte en tijd. Wij noemen dat het ruimte-tijd continuüm. De snaartheorie gaat uit van 11 dimensies. Vier van deze dimensies zijn ontrold en vormen te samen onze werkelijkheid, ons ruimte-tijdcontinuüm.

Geschiedenis is, vermoed ik, een reëel bestaand sequeel van oorzaak en gevolg, als zodanig gerangschikt op een lineair verlopende tijdlijn van oerknal tot het einde van ons universum. Onze analyse van het minuscuul kleine tijdvak van oerknal tot heden, is een beschrijving van onze uiteenlopende percepties van dit microscopisch kleine tijdvak. Analyses, die ver uiteenlopen en toch allen het predicaat .wetenschappelijk’ opeisen vertellen alle hun eigen ‘gekleurde’ verhaal. In gewone mensentaal zou ik dan liever zeggen: ‘Geschiedenis bestaat niet’. De mens is totaal niet in staat zijn reëel bestaande geschiedenis te kennen. Geschiedenis is de steeds weer wisselende perceptie waarmede wij vanuit het heden het verleden beschouwen. Onze actuele waardering van het heden bepaalt voor een groot deel het verleden. Geschiedenis is een illusie. Geschiedenis is “Wishful Thinking” en meer niet. Zelfs het heden dat zo zeker lijkt, is gebouwd op het wankele drijfzand van de kwantumvelden die de door ons gepercipieerde werkelijkheid doordesemen. God of geen god, het maakt allemaal niet uit, belangrijk is het door u zelf gepercipieerde heden en uw eigen vermogen om, binnen dit ‘Heden’, ‘Lijden’ te voorkomen en/of te overwinnen door van dit ‘Lijden’ te leren. En wat ik onder ‘Lijden’ versta komt eigenlijk best wel overeen met hetgeen het boeddhisme onder ‘Lijden’ verstaat. En wat dat is zoekt u maar lekker zelf op’.

En, inderdaad, het is me wat!

3 reacties

Opgeslagen onder Uncategorized

Update. Het verdwijnen van de moderne mens.

Als ik de wetenschappers op dit gebied moet geloven, en dat doe ik want wie zou ik anders moeten geloven, dan gaat het niet echt lekker met onze wereld. Planeet Aarde. We hebben maar een planeet en als we die verkloten hebben we niets meer. Het is eenvoudig. We verkloten de planeet door onze hebzucht. Alhoewel, hebzucht met betrekking tot een redelijke hoeveelheid voedsel, met betrekking tot een zekere minimale mate van bescherming en veiligheid en met betrekking tot basale medische hulp is mijns inziens niet schadelijk. Wat wel schadelijk is, is alles wat met exuberante luxe te maken heeft. Somber leven, dat is het adagium, dat is de manier om onze planeet te behoeden voor roofbouw.

Helaas, we zijn het slachtoffer geworden van onze evolutionair ingebouwde excessieve hebzucht en de roofbouw die daaruit voortvloeit. De generaties na ons moeten de rekening betalen. Of er over 1000 jaar nog mensen op deze aardbol rondlopen betwijfel ik. Volgens mij is het gedaan met onze planeet, dat wil natuurlijk zeggen voor zover deze een woonstede kan bieden aan de soort Homo Sapiens.

Ik blijf er wel vrolijk onder, bemerk ik, en  doe wat in mijn vermogen ligt om de aarde te redden. Dat is niet zo veel, maar het is wel leuk om te doen.  Dus, geen plastic, alles wat jezelf kunt maken ook zelf maken, zoals kleren, meubels, muziek en een klein beetje voedsel en gewoon dicht bij huis blijven. Niet als een idioot heen en weer sjezen in een auto of een vliegtuig. Elke dag een primitieve vorm van meditatie betrachten, aardig en vriendelijk, liefdevol zo u wilt,  zijn voor mijn medemensen. Dat laatste kost me nog wel eens moeite. Eerlijk gezegd vind ik het wel jammer dat het allemaal zo’n beetje op zijn einde loopt. We hadden er als mens echt iets moois van kunnen maken, jammer maar helaas.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Uncategorized

Mijn Nieuwjaarswens voor 2019.

 

Nou ben ik toch warempel vergeten mijn nieuwjaarswens voor 2019 te bloggen. Mijn wens is dat iedereen in staat is zoveel mogelijk leed te vermijden en dat men van het leed, dat ongetwijfeld komt opdagen, iets leert. Ik zelf probeer dit jaar zo sober mogelijk te leven. Veel aandacht voor immateriële zaken. Liefde en harmonie als richtsnoer, als grondhouding dus!! Het gaat natuurlijk niet helemaal lukken. Maar ik blijf het fanatiek proberen. Verders voor de rest ga ik mij storten op het meubelmaken, op de muziekbeoefening en op de studie van historie en filosofie. Tevens hoop ik, na een lange winterslaap,  minstens weer één blog per maand te gaan maken. Ik hoop er het beste van. Ook wens ik u, dat wil zeggen de weinigen die zich nog verwaardigen dit maar al te vreemde blog te bezoeken,  oprecht een voorspoedig en gezond 2019 toe. Zo goed? Ik dacht het wel dus.

1 reactie

Opgeslagen onder Uncategorized

Het verborgene wordt ontrold.

Alles leeft en laat niet los. De Kosmische geest doordesemt het ruimte-tijdcontinuum. Wat is probeert te blijven maar verandert onontkomelijk in wat was en wat nog gaat komen.

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Uncategorized

Gedachtenspinsels over het beeld dat ik van mijzelf heb en het valse beeld dat ik, “filosofisch” gezien, wel met betrekking tot de ander moet hebben.

existentialisme-weird-2017

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Mij valt steeds vaker op dat nogal wat mensen waarmee ik in het dagelijkse leven moet omgaan, een ietwat vertekend en rooskleurig beeld van zichzelf trachten te construeren. Zij leggen zich er op toe om in de loop van een interactie (praatje, gesprek, discussie, debat, vergadering etc.) op geraffineerde wijze een overdreven positief en somtijds zelfs regelrecht ongeloofwaardig beeld van zichzelf te creëren. Volgens mij was dat vroeger, voor zover ik het mij kan herinneren, toch iets minder het geval. Tijdens mijn opvoeding heeft men mij meegegeven dat je bescheiden moet zijn en dat je vooral de keizer moet laten wat des keizers is. Tevens werd mij duidelijk gemaakt dat, mocht je over bepaalde talenten beschikken, je toch min of meer moreel verplicht bent om met deze talenten te woekeren, maar ook dat je deze talenten mede ten faveure van de publieke zaak zou behoren aan te wenden. Constant werd ik tijdens mijn opvoeding gewezen op het fenomeen van de onbaatzuchtigheid en op de ethische noodzaak van altruïsme. Maar uiteraard ik ben in deze de maat niet en is het daarom best wel interessant eens na te gaan wat een zelfbeeld nou eigenlijk is en op welke wijze wij ons een beeld van onszelf en van de ander vormen.

De vragen zijn dus: hoe ontstaat het zelfbeeld bij de gemiddelde mens? Welke rol spelen anderen bij de totstandkoming van een zelfbeeld? Maar ook: hoe ontstaat ons beeld over de ander? En een vraag die daar, mijns inziens, ook mee te maken heeft: kunnen wij de werkelijkheid buiten ons eigen ‘IK’ (ons totale zelfbewustzijn) wel kennen als een absoluut objectieve, dus geheel buiten het subjectieve zelfbewustzijn bestaande, werkelijkheid ?

Eerst iets over de ‘gemiddelde’ mens. Wat betekend gemiddeld? Gemiddeld betekent: “het midden houdend tussen twee uitersten” en ook wel “die waarde, maat, grootte hebbend, die men verkrijgt door het totaal te delen door het aantal. Ook: (bw) dooreengenomen.

Inmiddels is wel duidelijk dat het idee van de ‘gemiddelde mens’ alleen als statistische entiteit voorkomt in de vocabulaire van, met name, de menswetenschappen. Dat is onder meer een van de redenen dat bijvoorbeeld keihard werkende rechtse mensen niet graag praten over ‘de gemiddelde mens’ en over allerlei algemeenheden, theorieën en toekomstvisies. Want echte conservatieve rechtse mensen, zo heb ik zelf meer dan eens kunnen constateren, hebben bijna allemaal een hartgrondige hekel aan de vervelende, confronterende ‘beuzelarij’ van de menswetenschappen. Zij kwalificeren de resultaten van deze wetenschap vaak als arbitrair en zweverig. De waarlijk rechtse mens gaat meer voor de evidentie van voorbeelden. Van keiharde voorbeelden uit de praktijk. Een voorbeeld, zo zegt men in die kringen, maakt vaak veel meer duidelijk dan duizend op wetenschappelijke bewijzen gebaseerde algemeenheden. Bovendien is een voorbeeld veel makkelijker te gebruiken voor het ‘bewijzen’ van het eigen gelijk. Je hebt het a.h.w. voor het uitkiezen. Welk voorbeeld komt het best overeen met jouw eigen maatschappij-opvatting! De humane wetenschap is immers niets anders dan een zoveelste mening, zo zegt men in die materialistische subcultuur maar al te vaak. En er bestaan ongeveer 7 miljard mensen, derhalve zeven miljard voorbeelden en zeven miljard meningen. En wat is een wetenschappelijke mening trouwens waard bezien in het licht van geld en macht.

Voor elk wat wils dus. De rechtse mens kan putten uit een schier oneindige bron van voorbeelden. Voor elke levensovertuiging een voorbeeld. Het staat ook heel stoer. Werken met keiharde voorbeelden uit ‘de praktijk’. Het geeft aan dat je midden in het volle leven staat. Je hebt zelf geconstateerd dat een specifiek mens een bepaald specifiek gedrag vertoond. Als dat gedrag je bevalt en het onderschrijft jouw kijk op de mensheid, dan kun je het stiekem alsnog veralgemeniseren en ten eigen bate aanwenden. En klaar is kees. Bevalt het je niet dan kun je altijd nog zeggen dat het maar een voorbeeld is.

Concluderend zal voor de een de gemiddelde mens als wetenschappelijk fenomeen wel bestaan en voor de ander bestaat de gemiddelde mens überhaupt niet.

Wat valt er te zeggen over ‘het beeld’? Wat bedoelen wij met het hebben van een ‘beeld’ over onszelf?

Een beeld is o.m. “de voorstelling van iets door be- of omschrijving in woorden”

“Cogito ergo sum”, ‘ik denk dus ik besta’. Volgens meneer Descartes. Je kunt dus zeggen dat het bedoelde ‘ik’ een wezen, een lichaam is, die een geest of een ziel heeft, met die ziel of geest dat lichaam gewaar wordt, het kan definiëren als zijn lichaam en daarom niet anders kan dan concluderen dat hij bestaat. Denken is een proces dat zich exclusief afspeelt in de spelonken van je eigen hersenpan. Met name het vooronder van de schedelruimte, de zgn. frontale kwabben (lobi frontales) die zich bevinden aan de voorkant van de grotehersenhelften, is betrokken bij behoorlijk veel psychische functies zoals impulsbeheersing, beoordelingsvermogen, probleemoplossing, planning, sociaal gedrag, taal en geheugen. Ervaringsfeit blijft echter dat je als wezen met een zelfbewustzijn de buiten het ‘ik’ liggende werkelijkheid slechts kunt kennen middels intensieve bemiddeling van je eigen brein. De werkelijkheid is zoals jij hem ervaart en niets anders!!! Filosofisch is deze stelling niet te weerleggen. De werkelijkheidservaring van de mens kan volgens de wetten van de simpele logica derhalve niets anders dan subjectief zijn. Desalniettemin manifesteert het ‘niet-IK’ (de buitenwereld) zich middels onze hersenfunctie toch als een reëel, buiten de eigen persoon existerend, fenomeen. En die manifestatie is, zoals ik het dus zie, een keiharde illusie Er is in feite niets objectiefs te bespeuren aan de door ons gepercipieerde werkelijkheid. De door mij gepercipieerde werkelijkheid bestaat logischerwijze alleen maar in mijn eigen brein en het is derhalve voor de hand liggend dat er daarbuiten geen sprake is van een eigenstandige werkelijkheid, van een “Ding an sich” zoals Immanuel Kant het zo treffend noemde (zie ‘Geschiedenis van de Filosofie’ voor beginners. Deel 2). Als u begrijpt wat ik bedoel! Solipsisme heet deze maffe, zij het onweerlegbare, gedachtegang, en het heeft, naar ik meen te weten, Maarten Biesheuvel tot de waanzin gedreven.

Wij, gewone alledaagse mensen, hebben een stilzwijgende afspraak met elkaar die behelst dat wij er van uitgaan dat de externe objectieve werkelijkheid wel degelijk bestaat. Er is immers sprake van een gezamenlijke, min of meer eenduidige ervaring van die werkelijkheid. In die werkelijkheid denken en acteren mijn medemensen en bestaat de buitenwereld. Vanuit die, misschien wel volstrekt illusoire, werkelijkheid lijken de ‘externe’ stimuli afkomstig te zijn die maken dat ik die werkelijkheid als een ‘ Ding an sich’ ervaar. Dat alles, d.w.z. het totaal aan prikkels afkomstig uit mijn directe en indirecte leefomgeving, vormen, samen met mijn genetisch blauwdruk, de context van mijn leven. Zij bepalen en construeren mijn leven; zij schenken de liefde, de veiligheid, de gehechtheid, de binding en het vertrouwen. Kortom, vanaf mijn geboorte vormen de hersenen langzamerhand, in samenwerking met alle specifieke individuele genetische kenmerken die bij de geboorte al aanwezig zijn, onder invloed van externe stimuli, een beeld van de buitenwereld, maar ook een beeld van de eigen persoon. Tot die buitenwereld behoren dus ook de beelden die ik construeer van mijn medemensen. En hier begint de ellende! Ik ervaar dienaangaande namelijk een grote en onoverbrugbare scheiding. Er staat een massieve muur tussen mijn |’IK’ en het ‘Niet-IK’ En dat is de reden dat ik het gevoel heb dat ik mijn medemens eigenlijk nooit echt bereik, dat de communicatie met mijn medemens altijd gebrekkig of zelfs afwezig is, hoe goed ik ook mijn best doe om voornoemde muur te doorbreken. Ik kan wel met ze praten, maar de taal waarvan ik me moet bedienen om te communiceren blijkt steeds weer een onvolkomen vehikel om gedachten over en weer adequaat en exact over te brengen. Leven met anderen is, in mijn ogen, dus per definitie altijd leven met heel veel, door jezelf en door anderen gegenereerde, misverstanden, desinformatie en verwarring. Daaruit volgt dat het beeld dat ik van mijzelf heb en dat voor een groot deel is gevormd op geleide van mijn, per definitie uiterst gebrekkige, interactie met het denken en handelen van anderen voor een groot deel onjuist is omdat de ander mij en ik die ander dus, zoals reeds eerder gezegd, in feite niet kan kennen. De enige die, louter logisch gezien, iets zinnigs, iets concreets, iets dat exact overeenkomt met de door mij gepercipieerde werkelijkheid, over mijn persoon kan zeggen of denken ben ik, per definitie dus, zelf. Wat de ander over mij meent te moeten zeggen of denken kan niet anders dan gebaseerd zijn op onvolledige, gefragmentariseerde en onjuiste informatie en berust, spijtig genoeg, soms ook op irrationele vooroordelen, kwaadaardigheid en haat, zijnde eigenschappen de op hun beurt voortvloeien uit de existentiële angst die elk (modern) mens kwelt, de diepgewortelde angst voor de dood, de angst voor de ander, voor het vreemde, het bedreigende; angst die in de krochten van het reptielenbrein van elk individu zetelt. Wat een ander dus over mij denkt is per definitie mijn subjectieve vertaling van een niet eenduidige en eigenstandige werkelijkheid. Ik moet het dus doen met een dubbele vertekening van de werkelijkheid. Blijft er dan nog wel een echte, zich volledig buiten mijn “IK” bevindende werkelijkheid over? Ik kom eigenlijk niet verder dan dat er kennelijk een, buiten mijn “IK” gelegen, bron is die zich middels externe stimuli aan mij kenbaar maakt. Verder valt er door mij niets over te zeggen.

Uiteindelijk staan wij moederziel alleen in het leven omdat het ons helaas niet gegeven is om daadwerkelijk contact met de ander te maken. Het blijft bij raden, bij vermoedens, bij waanbeelden.

Gelukkig is bovenstaande louter theorie en klinkt het ons, als nuchtere, keihard werkende, eerlijke en rechtvaardige mensen allemaal als baarlijke nonsens in de oren, terwijl het toch een min of meer logische gedachtegang is. Maar kennelijk totaal niet werkbaar in de praktijk. In werkelijkheid doen wij niet anders dan oordelen over de ander, doen wij vaak niets anders dan het exalteren van ons eigen denken en handelen en vinden wij het oordeel van anderen over ons doen en laten stiekem best wel belangrijk. Wat meer is, het oordeel van de ander is voor velen kennelijk nog veel belangrijker dan het eigen oordeel. Dat hele conglomeraat van relaties tussen het ‘IK’ en het ‘Niet-IK’ noemen wij het volle leven. Interactie met de hele wereld. Ja, wat dat betreft leven wij in een levensecht lijkende illusie. Is dat niet prettig?

Meneer Boeddha – wie kent hem niet?? – heeft er zo zijn eigen gedachten over. Hij verwerpt het ‘Zelf’ en ziet geen verschil tussen het ‘IK’ en het ‘Niet-IK’. Maar daarover later meer.

22 reacties

Opgeslagen onder Uncategorized